Stroop op de koelkast smeren

Uit FOK!wiki
Versie door DaMart (overleg | bijdragen) op 1 mei 2010 om 15:21
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

Dit spreekwoord is afkomstig uit dit topic in TTK.
Link naar forumpost

Voor dit spreekwoord zijn 2 verklaringen gepost.
De andere vind je hier.

Oorsprong:[bewerken]

De stroperijindustrie is nog niet zo oud als vaak gedacht wordt. Eind 19e eeuw komt de productie van deze dikke, visceuze, geconcentreerde vloeistof waarin grote hoeveelheden suikers zijn opgelost op bij verschillende suikerfabreken. Een daarvan is de suikerfrabriek van de familie Meurens. Tegenwoordig is de stroop uit deze fabriek beroemd in België en ook in omringende gebieden erg bekend. Het gaat hier om Du vrai sirop de Liège, of in het Nederlands Echte Luikse siroop.

Er wordt gezegd dat Clement I, de eerste van de Meurensdynastie, aan de voet stond van dit in de vergetelheid geraakte spreekwoord. Clement verliet zijn ouderlijke boerderij in 1902 om zogezegd een "echte vakman van de stroop voor de boterham" te worden. Hij had grootse plannen, niet alleen wilde hij stroop maken voor mensen uit de regio, nee, hij zag het voor zich dat hij op grote schaal zijn stroop aan de man zou kunnen krijgen! Het is om die reden dat hij zijn fabriek vestigde in Aubel, naast het station. Door de verbinding met het spoor zou hij makkelijk bevoorraadt kunnen worden en ook de verkoop zou voorspoedig kunnen verlopen.

Clement is ambitieus en probeert twee soorten stroop op de markt te krijgen, een appelsuikerbietenstroop en een appelperenstroop. Het proces van stroperij kon beginnen.

Het was een lucratief bestaan, en het succes bleef niet lang uit. De zoete smaak lag bij iedereen goed op de tong en werd in veel recepten gebruikt (dus niet alleen op brood). Hiermee verwierf Clement I een bepaalde status. Hij werd door zijn werknemers ook wel gekscherend "de Stroper" genoemd, omdat hij een grote concurrent was voor andere suikerfabrieken. Dat is ook waardoor het spreekwoord is ontstaan. Clement Meurens had in de koelkelders van zijn fabriek appels, peren en suikerbieten opgeslagen (de koelkast zoals wij die nu kennen zou pas jaren later in gebruik genomen worden, al werd een kleine koelkelder ook wel een koelkast genoemd) zodat hij het hele jaar door stroop kon maken.

Het is onbekend welke concurrent zich binnenwerkte in de fabriek, maar het verhaal gaat dat op een gegeven moment er een soort van aanslag gepleegd is op de fabriek. Niet zoals wij nu een aanslag zien, niets met bommen of geweeld, nee, de aanslag leek vrij onschuldig maar zou nog een lange nasleep krijgen. Op een avond ging Clement de kelders in om zijn bevoorrading te controleren. Hij pakte de klink vast van de kelderdeur en ontdekte tot zijn schrik dat de hele deurkruk en de deur onder zijn eigen stroop zat. Een dikke laag plakkerige suikervloeistof. Het werd geïnterpreteerd als een bericht dat wilde zeggen "je maakt te veel, stop daar mee". Onschuldig als de actie lijkt, de fabriek had er onder te lijden. Doordat de stroop zo plakkering was, trok het in de houten deuren en was het lastig weg te schrobben van de vloer. Door de zoetigheid kwamen er insecten op af die zich volop op de bevoorrading stortte. De Echte Luikse siroop kende een periode van terugslag, maar tegenwoordig is de vierde generatie Meurens al lang weer bezig om elk huishouden te voorzien van een potje Du vrai sirop de Liège.

Betekenis:[bewerken]

Wanneer iemand (bij je) stroop op de koelkast smeert geeft deze een waarschuwing of dreigement. Je bent met iets bezig en een te grote concurrent.

Voorbeeld:[bewerken]

-We moesten met z'n tweeën langs de deuren om koekjes te verkopen, maar omdat Pietje te snel en te goed was heb ik hem stroop op de koelkast gesmeerd en zijn portemonee verstopt!