Moord of complot, Theo van Gogh
Inhoud
"Men occasionally stumble over the truth, but most of them pick themselves up and hurry off as if nothing had happened."
Winston Churchill
Waarom een complot?
Macht
Motief
Middelen
Maatregelen
Aan de orde is het debat over de moord op de heer Th. van Gogh(29854). De voorzitter: Ik geef het woord aan de heer Wilders, die mede namens de heren Verhagen en Van Aartsen dit debat heeft aangevraagd.
De heer Wilders (Groep Wilders): Voorzitter. Ik ben aangeslagen en ik ben woest. Ik ben woest, omdat Theo van Gogh op een barbaarse wijze door een moslimterrorist, met ook nog fascistische idee�n, is vermoord. Ik ben aangeslagen, omdat mijn dierbare vriendin en collega Ayaan Hirsi Ali al zo'n twee jaar lang op de meest walgelijke wijze wordt bedreigd vanwege haar uitspraken en denkbeelden en tot op de dag van vandaag geen normaal leven meer kan leiden. Ik ben woest, omdat er in vele wijken in ons land, zoals in de Diamantbuurt in Amsterdam, mensen worden geterroriseerd door niet zelden Marokkaanse jongeren. Deze mensen moeten daardoor zelfs hun huizen verlaten. Maar ik ben ook woedend, omdat al jaren in een aantal moskee�n door een aantal imams in Nederland dingen worden gedaan die het daglicht niet kunnen verdragen en het kabinet, ondanks jarenlang aandringen met tientallen Kamervragen en moties mijnerzijds, daar niets, maar dan ook helemaal niets aan heeft gedaan. En ook ben ik woest, omdat het kabinet alsof er niets aan de hand is, gewoon verdragen wil sluiten met landen die openlijk terrorisme steunen, zoals Syri�. Voorzitter. Ik ben woest, omdat wij weten dat er in Nederland honderd tot tweehonderd mensen zijn die door de AIVDin de gaten worden gehouden, omdat zij bereid zijn geweld te gebruiken voor de islamitische jihad en omdat deze mensen nu nog gewoon vrij op straat rondlopen. Ik ben ook boos, omdat er in dit land eerst afschuwelijke dingen blijken te moeten gebeuren om de bij dit kabinet en helaas ook bij een meerderheid van deze Kamer dominante laffe cultuur van politieke correctheid en grenzeloze na�viteit over de uitwassen van de islam opzij te zetten. Ik ben zeker ook woest op al die idioten die denken dat zij nu aanslagen kunnen plegen tegen islamitische instellingen als scholen en moskee�n. Ook deze criminelen verdienen de hardst mogelijke aanpak. In Nederland zijn wij te lang te tolerant geweest voor mensen die onze democratie het liefst om zeep willen helpen, zoals mensen die de radicale islam aanhangen en daarvoor graag willen sterven. Mensen die ons de facto de oorlog hebben verklaard. Mensen die ons eerder lieten weten dat zij houden van de dood en wij van het leven. Mensen die met hun godsdienstige waanidee�n het liefst zo veel mogelijk dood en verderf zaaien. Door de politieke onwil om tegen excessen van de islam op te treden is het kabinet er ook indirect medeverantwoordelijk voor dat er vroeg of laat spanningen tussen bevolkingsgroepen ontstaan. Het voeren van een gericht en stevig beleid, waardoor bijvoorbeeld de goede imams van de slechte worden onderscheiden en de goede moskee�n van de foute worden onderscheiden, komt meer ten goede aan de in meerderheid gematigde moslims van ons land dan holle frasen als: wij moeten de boel bij elkaar houden en wij moeten elkaar vasthouden. De brief van het kabinet is op het punt van de te nemen maatregelen onder de maat. Het gaat er nu om om daadkracht te tonen, duidelijk te maken wat wij wel en wat wij niet accepteren in dit land. Vandaar dat ik een aantal aanvullende voorstellen zou willen doen. Ik vind ten eerste dat de honderd tot tweehonderd mensen die de AIVDin de gaten houdt omdat zij hebben gekozen voor de radicale terroristische islam en dus bereid zijn geweld te gebruiken, meteen, het liefst morgen, moeten worden opgepakt en bij voorkeur overmorgen het land uit moeten worden gezet, ook als zij nog geen strafbare feiten hebben gepleegd. Wij staan nu voor een keuze: of wij wachten tot het te laat is, of wij ondernemen nu actie; wij pakken deze mensen preventief op en voorkomen daarmee een hoop ellende. Het fysiek volgen van al deze mensen is gelet op de capaciteit van de AIVDimmers schier onmogelijk. Als de huidige wetgeving geen mogelijkheden biedt om deze mensen, die wellicht nog niet allemaal al een strafbaar feit hebben begaan, op te pakken, dan moet het kabinet maar met tijdelijke noodwetgeving komen om de wet dusdanig aan te passen dat het wel kan. In het uiterste geval kan natuurlijk ook nog altijd gebruik worden gemaakt van artikel 103 van de Grondwet, waarin is bepaald dat vrijheidsontneming in uitzonderingstoestanden ook buiten de rechterlijke macht om kan worden opgelegd. Dat is evenwel een zwaar middel. Het is een schande dat wij weten dat er potenti�le terroristen in ons land rondlopen en dat wij hen gewoon laten rondlopen. Deze mensen willen onze democratische rechtsstaat vernietigen en verdienen de daaraan verbonden rechten dan ook niet langer ongeclausuleerd. Voorzitter Tweede Kamer Moord op de heer Th. van Gogh 11 november 2004 TK 22 22-1278
Bron www.tweedekamer.nl / parlando
WILDERS
Ik stel ook voor om alle radicale moskee�n te sluiten en te ontbinden. De radicale imams moeten het land uit worden gezet. Als zij een dubbele nationaliteit hebben, dan dienen zij te worden gedenaturaliseerd. Ik pleit daarvoor juist in dit huis al jaren. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft zo'n anderhalf jaar geleden laten weten dat er van de vijfhonderd moskee�n in dit land zo'n vijftien tot twintig radicaal zijn. Met het sluiten van die moskee�n, zoals de Al-Tawheed, de Ar-Rahmaan in Amsterdam en de Al-Foerqaan in Eindhoven, bewijzen wij de meerderheid van de moskee�n in Nederland, waar niets mis is en waar mensen op een nette en normale manier hun godsdienst belijden, een goede dienst. Het kabinet zegt in zijn brief niets concreets over wat het wanneer ten aanzien van welke moskee gaat doen. Ik zie al die radicale moskee�n in Nederland het liefst morgen gesloten. Ook wil ik een wettelijk verbod op de buitenlandse financiering van moskee�n en islamitische scholen in Nederland, uit landen waar extremisme hoogtij viert, zoals het wahabitische Saoedi-Arabi�. Volgens islamkenners, zoals professor Hans Jansen, maar ook vele anderen internationaal, is ook in Nederland zo'n 10% van de islamitische bevolking ontvankelijk voor radicaal-islamitische denkbeelden. Als hij het bij het rechte eind heeft, dan zou het in Nederland om zo'n honderdduizend mensen gaan. Ook deze mensen zullen onverkort moeten kiezen voor de Nederlandse democratische samenleving en de hier geldende wetten. Kiest men voor de radicale islam, dan is ook voor hen geen plaats in Nederland. Het integratiebeleid moet dus ook minder vrijblijvend worden en de sancties moeten steviger worden. Bij ernstige geweldsmisdrijven dient men de verblijfsvergunning of de dubbele Nederlandse nationaliteit te verliezen en het land te verlaten. In dat verband zal, ook gelet op de grote problemen die wij in ons land wel kennen als het gaat om integratie van allochtonen, ook de immigratie van niet-westerse allochtonen aanzienlijk verder moeten worden beperkt. Bij de algemene politieke beschouwingen heb ik daartoe al voorstellen gedaan die de Kamer helaas heeft verworpen. Er moet ook meer geld komen voor de capaciteit van de politie en de AIVD. Gelukkig wil het kabinet nu ook meer investeren in de AIVD. Er is echter ook meer geld nodig voor agenten. Er is ook meer geld nodig om het straatterrorisme in alle Diamantbuurten in Nederland tegen te gaan. Bij de financi�le beschouwingen heb ik een amendement ingediend om 500 mln euro structureel meer te besteden aan extra capaciteit voor politie en AIVD. Ik hoop dat het kabinet er nu positief op zal reageren. Politiek is ook verantwoording afleggen. Ik vind dat het kabinet, ook nadat ik zijn brief van gisteravond heb gelezen, niet overtuigend heeft kunnen uitleggen waarom Mohammed B. niet tot de groep van honderd tot tweehonderd radicale moslims behoorde die relevant werden geacht in verband met islamitisch terrorisme. Bij Mohammed B. thuis werden samenkomsten van radicale moslims gehouden. Hij bood onderdak aan de leider van de Hofstadgroep. Hij bood onderdak aan de moslimextremist E. Zijn auto werd gebruikt. Er waren signalen dat de man snel radicaliseerde en steeds fundamentalistischer werd. Ook had hij banden met de ons allen bekende Samir A., zo blijkt uit het feitenrelaas. Hij zou zich in de periferie van Samir A. bevinden. Al met al kan ik niet anders dan concluderen dat de AIVD wat mij betreft hierbij een grote fout heeft gemaakt. Die is hem zwaar aan te rekenen. Ik wacht de reactie van de voor de AIVDverantwoordelijke minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties met spanning af, maar wat mij betreft ziet het er voor hem niet goed uit. � De heer Verhagen (CDA): Voorzitter. De moord op Theo van Gogh en de openlijke bedreigingen aan het adres van collega-parlementari�rs druisen in tegen alles waar ons land voor staat, zoals vrijheid van meningsuiting, tolerantie en verdraagzaamheid. De noodzaak om het extremisme aan te pakken, is niet alleen gebleken door de brute moord op Van Gogh en doodsbedreigingen aan anderen, maar ook uit de gebeurtenissen sindsdien tot en met de arrestatie van een aantal vermoedelijke terroristen, gisteren in Den Haag. Wij zullen ons teweer moeten stellen tegen radicalisme en terrorisme. Wij staan niet toe dat iemand wordt vermoord om wat hij denkt of zegt, maar dat zullen wij samen moeten doen. Wij zijn daarom blij dat moslimorganisaties in Nederland afstand hebben genomen van de moord. Wij mogen niet toestaan dat een kleine groep extremisten het samenleven bedreigt van alle mensen van goede wil. Wij moeten samen staan voor een aanpak van deze radicalisering, maar dat vraagt ook om een zelfreinigend vermogen. Moskee�n, geestelijk leiders, scholen en leraren mogen worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid voor het tegengaan van radicalisme. Het is tegelijkertijd onacceptabel dat islamitische scholen, moskee�n en kerken in brand worden gestoken. Ook deze spiraal van geweld druist in tegen alle waarden waar ons land voor staat. Haat en woede alleen wakkeren radicalisme en intolerantie alleen maar aan. Het is dan ook zaak dat iedereen bij zichzelf te rade gaat en zijn kalmte en zelfbeheersing bewaart, want haat en angst mogen in ons land nooit de overhand krijgen. Het is van het allergrootste belang dat wij in Nederland met elkaar samenleven en niet tegenover elkaar komen te staan. Ons streven is verbondenheid in Nederland en verbondenheid in de Nederlandse waarden en normen. Ik ben blij dat het kabinet die boodschap in zijn brief zeer helder uitdraagt. De brief valt uiteen in twee delen: de reconstructie en de maatregelen voor de toekomst. Met betrekking tot de reconstructie blijkt dat een veel grotere groep dan wij eerder dachten, in de ban is van radicalisme en potentieel bereid en in staat is om aanslagen te plegen. Dat is schokkend en bedreigend. Er werd een flu�de groep van 150 personen in de gaten gehouden, maar als de groepen eromheen ook in de ban zijn van het radicalisme, dan betekent dit dat het gevaar groter is. Nederland is dan ook kwetsbaarder dan wij dachten. Op dit probleem zal het antwoord zich ook moeten focussen. Hoe beschermen wij de samenleving tegen deze groep? Daarom moet ook worden gekeken naar de mogelijkheden van de AIVDen de opsporingsmethoden en - bevoegdheden van justitie om potenti�le terroristen op te sporen. Daarvoor is het ook van belang om lessen te trekken uit die reconstructie. De reconstructie zoals het kabinet aangeeft, is verhelderend. Voor zover Wilders Tweede Kamer Moord op de heer Th. van Gogh 11 november 2004 TK 22 22-1279
dat gelet op de aard van de
informatie mogelijk is, wordt
duidelijkheid geschapen over de
wijze van inlichtingenvergaring en
informatie-uitwisseling tussen
diverse diensten, maar ook tussen de
diverse overheden. De regering stelt
dat ook achteraf niet in redelijkheid
kan worden gezegd dat er tot een
andere afweging had moeten
worden gekomen ten aanzien van
het gevaar dat uitging van Mohammed
B. Om die beoordeling te
kunnen wegen, is voor mijn fractie
��n vraag van belang. Dat is een
vraag over het geconstateerde lek bij
de AIVD. Heeft dit lek invloed gehad
op de werkwijze van Mohammed B.
waardoor hij buiten beeld kon
blijven? Deze vraag is te meer
belangrijk daar uit de brief van
hedenochtend blijkt dat lopende
onderzoeken van de AIVDschade
hebben opgelopen door het lek.
Ik denk dat het voor de toekomst
van belang is om te bekijken of het
benoemen van een actieve groep of
een kern waarde heeft als vlak
daaromheen een grotere groep is die
in de toekomst actief is. Uit de
reconstructie kunnen wij zien dat
Mohammed B., ondanks het feit dat
hij niet tot de kerngroep behoorde,
daadwerkelijk in de gaten is
gehouden, is gesignaleerd en dat er
maatregelen getroffen zijn. De vraag
is dus of het benoemen van een
groep waarde heeft als er een veel
grotere groep is waar je je activiteiten
ook op richt.
Gelet op de ernst van de situatie,
is zwartepieten het laatste wat mijn
fractie wil doen. Waar nodig moeten
wij hier wel lering uit trekken voor de
toekomst. Ook moeten wij de
inlichtingendienst de mogelijkheid
bieden om het werk dat wij van hen
vragen, werkelijk te doen.
Er is in het kader van de reconstructie
veel te doen geweest om de
beveiliging van Theo van Gogh.
Vastgesteld moet worden dat de
manier waarop met de beveiliging is
omgegaan, niet afwijkt van wat
hierover is afgesproken in het
verleden, ook in de Kamer. Dat laat
onverlet dat de vraag rijst waarom
politie Amsterdam-Amstelland niets
heeft gedaan met de aangifte van
bedreigingen die dagblad Metro op
21 april jongstleden heeft gedaan en
waarom dit korps geen aanleiding
zag tot reactie op de meldingen van
bedreiging die de nationale
recherche op 31 augustus jongstleden
heeft gedaan. Dat neemt niet
weg dat ook onze fractie op basis
van het relaas de conclusies van het
kabinet deelt. De vraag waarom het
korps Amsterdam-Amstelland niets
heeft gedaan met de meldingen van
21 april en 31 augustus moet worden
beantwoord.
Het kabinet zegt dat wij op zichzelf
de toepassing van het stelsel van
bewaken en beveiligen steeds
moeten overdenken. Is er aanleiding
om anders om te gaan met
meldingen die op diverse plaatsen
bij korpsen over bedreigingen
binnenkomen? Moeten die niet
centraal worden geregistreerd, zodat
ieder korps in principe een overzicht
heeft van het totale aantal bedreigingen?
De situatie die sinds de moord op
Theo van Gogh is ontstaan, vergt
een krachtdadige aanpak. Er moet
doorgepakt worden bij het oppakken
van potenti�le terroristen. Veiligheid
gaat echt boven privacy. Dat hebben
wij in het verleden al eens gesteld.
Wij zien ook dat er draagvlak voor
bestaat onder de bevolking. Wie
niets te verbergen heeft, heeft
namelijk niets te vrezen. Na de
aanslagen in Madrid hebben wij het
kabinet gevraagd om op dit punt
doortastend op te treden. Uit de
voorstellen die het kabinet in
september jongstleden heeft gedaan,
blijkt dat het een antwoord geeft op
de dreiging. Ik constateer overigens
dat er destijds veel kritiek op kwam,
onder andere van het College
bescherming persoonsgegevens. Dat
college constateerde dat de
noodzaak van de uitbreiding van
bevoegdheden niet is aangetoond. Ik
denk echter dat de moord op Van
Gogh heeft laten zien dat die
noodzaak wel degelijk bestaat.
Politie en justitie hebben dankzij
de in september gedane voorstellen
veel meer bevoegdheden om de
activiteiten van terroristen te
verstoren voordat er een aanslag
wordt gepleegd. Zo wordt de
mogelijkheid tot preventief fouilleren
uitgebreid en kunnen potenti�le
terroristen veel sneller worden
vastgehouden. Dat laatste is van
groot belang. Deze voorstellen
moeten zo snel mogelijk van kracht
worden. Om een aanslag te
voorkomen, kun je beter tijdelijk tien
onschuldigen in een cel hebben dan
��n terrorist met een bom op straat.
Een paar weken geleden was dit huis
nog te klein toen een inval werd
gedaan bij een familie in Utrecht.
Ook was er vanuit de advocatuur
veel commentaar op het OM toen
dat in oktober 2003 vier verdachten
van terrorisme had aangehouden. Nu
blijkt dat die personen tot de groep
rond Mohammed B. behoren. Bij
serieuze aanwijzingen moet je dus
optreden. Je kunt niet wachten tot je
voor de volle 100% zeker bent dat er
een terroristische cel aanwezig is.
Het kabinet en de Kamer zijn er
beide verantwoordelijk voor dat nu
wordt laten zien dat radicalen niet
vrij rond kunnen blijven lopen. Dat
geldt voor moslimradicalen; dat geldt
voor extreem rechtse radicalen. Wil
je de acute dreiging het hoofd
bieden, dan moet je laten zien dat
allochtonen en autochtonen samen
strijden tegen een gemeenschappelijke
vijand, het extremisme. De
woorden van de minister-president
bij zijn bezoek aan de getroffen
school in Uden dragen aan dat besef
bij. Met waardering en instemming
heb ik ook de open brief van de
Nederlandse bisschoppen gelezen.
Zij schrijven dat deze tijd van ons
allen vraagt dat wij het volhouden
om een samenleving te zijn waarin
verschillen van opvattingen kunnen
blijven bestaan.
Met een harde aanpak van
radicalisering moet je niet alleen
aanslagen voorkomen, maar ook een
onderscheid tussen wij, de nietmoslims
en zij, de moslims. Nee, de
tweedeling moet zijn: wij die de
waarden van de democratie
verdedigen tegen zij die geradicaliseerd
zijn. Wij zien het nu al
gebeuren dat er een verharding
optreedt tegen moslims en vice
versa. Als achter elke moslim een
terrorist wordt gezien, zijn wij
verkeerd met elkaar bezig. Als
moskee�n, scholen en kerken in
brand worden gestoken, is er iets
grondig mis.
Terecht wordt in de brief dan ook
aandacht gevraagd voor het feit dat
moslims moeten worden beschermd.
Ik benadruk daarbij wel dat dit voor
alle Nederlanders geldt. Iedereen
verdient het te worden beschermd
tegen elke vorm van intolerantie,
want niet alleen moskee�n, maar ook
kerken zijn het doelwit.
De vrijheid van meningsuiting,
waarover de discussie ook in de
laatste week is gegaan, moet recht
overeind blijven. Die vrijheid wordt
alleen beperkt door de grenzen van
de wet. Theo van Gogh ging heel ver
met zijn mening, maar het stond
eenieder vrij met hem in debat te
gaan en desnoods een aanklacht
Verhagen
Tweede Kamer Moord op de heer Th. van Gogh
11 november 2004
TK 22 22-1280
Conclusies
Feiten
Omstandigheden
Scenario
A successful scenario must at least explain the contradictions and account for a majority of the anomalies.
It is of course desirable that it also account for the suspicious circumstances, but no scenario need stand or fall in this regard.