Beginnen met landschapsfotografie

Hoe vaak zien we geen landschap dat erom lijkt te smeken gefotografeerd te worden? Het is dan heel eenvoudig direct een groothoekobjectief te pakken of zo ver mogelijk uit te zoomen om zoveel mogelijk op de foto te krijgen, maar dit levert zelden bevredigende resultaten op.

Voor een geslaagde foto is het allereerst zaak uit te zoeken wat er nou zo boeiend is aan het landschap. Is het het stratenpatroon van een lager gelegen dorpje? Of wellicht de structuur van het koren in een boerderijlandschap? Ligt dan dat gedeelte eruit en laat de rest weg. Dat is het allerbelangrijkste in de landschapsfotografie. Het is zaak om de neiging om zo veel mogelijk op tegelijk op een foto te willen zetten te onderdrukken. Op die manier krijg je foto's met een duidelijk onderwerp, foto's die de aandacht van de kijker vasthouden.

Ten tweede heeft ook het tijdstip van de dag waarop een foto genomen wordt invloed op het uiteindelijke resultaat. In de vroege ochtend of laat in de middag, als de zon laag staat, zullen de onderwerpen meer structuur vertonen en zijn ze vaak veel fijner verlicht. Bovendien verleent het kille ochtendlicht of het warme avondlicht een bepaalde sfeer aan de gehele foto. Vaak loont het de moeite op een later tijdstip nog eens terug te keren, om te zien hoe het landschap eruit ziet als het licht anders is.