Dwangbevel

Uit FOK!wiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Een dwangbevel is een namens de overheid uitgevaardigd schriftelijk bevel, gericht aan een persoon. Door dat 'bevel' verkrijgt het betreffende overheidsorgaan de mogelijkheid om een geldsom bij de betrokken persoon te incasseren. Overigens kan dat ook een rechtspersoon zijn. Voordat een dwangbevel mag worden uitgevaardigd moet er eerst worden aangemaand. De meest voorkomende situaties waarbij een dwangbevel wordt uitgevaardigd zijn de invordering van belastingen en het opleggen van een last onder dwangsom door een bestuursorgaan. Bij zo'n last wordt bijvoorbeeld beslist dat een illegale schuur moet worden afgebroken op straffe van een dwangsom voor iedere dag dat die schuur nog blijft staan.

Vanwege het ingrijpende karakter is het belangrijk dat het dwangbevel aankomt bij de geadresseerde. Om daar zeker van te zijn, zal de gerechtsdeurwaarder (of in het geval dat de belastingdienst het dwangbevel uitbrengt, de belastingdeurwaarder) het dwangbevel betekenen. Het bijzondere van het dwangbevel is dat het zelf een executoriale titel is. Het heeft dus dezelfde kracht als een gerechtelijk vonnis.

Wordt er na betekening n�g niet betaald, dan mag op grond van het dwangbevel door de deurwaarder overgegaan worden tot verdergaande executie. De deurwaarder kan dan alle middelen gebruiken die geregeld worden in het wetboek van burgerlijke rechtsvordering Dat betekent dat de deurwaarder zonodig de woning van betrokkene mag binnentreden, desnoods met hulp van de politie of een slotensmid, om beslag te leggen op de bezittingen van de betrokkene, en deze goederen vervolgens in het openbaar te verkopen. Uit de opbrengst wordt de schuld voldaan. Ook kan de deurwaarder loonbeslag leggen.

Omdat aan het uitvaardigen van een dwangbevel geen rechter te pas komt, voorziet de wet in de mogelijkheid verzet in te stellen. In die procedure gaat het echter alleen om de vraag of terecht een dwangbevel is uitgevaardigd. De vraag of er een belastingschuld bestaat, of dat er terecht een last onder dwangsom is opgelegd staat niet ter discussie. Die vragen hadden eerder aan de rechter voorgelegd moeten worden. Overigens weegt de rechter dat wel indirect mee, omdat ook beoordeeld wordt of het bestuursorgaan in redelijkheid gebruik mocht maken van de bevoegdheid om een dwangbevel uit te vaardigen.